Pagina's

vrijdag 24 december 2021

Japan's belangrijkste theeregio's, nummer 5: Saga

 Deze reeks over de 15 belangrijkste theeregio's van Japan is gebaseerd op de Global Japanese Tea Maraton. Deze werd tijdens de Olympische Spelen van 2021 gehouden door de Global Japanese Tea Association, met Simona Zavadckyte en Yasuharu 'Matsu' Matsumoto als presentatoren. Op 15 dagen passeerden 15 verschillende prefecturen de revue, goed voor 98% van de Japanse theeproductie. Ik combineerde mijn eigen meer theoretische kennis en die uit andere bronnen met wat ik hier leerde om dit overzicht te maken. De twee uur durende, zeer informatieve, en vaak ook erg plezierige sessies van de Tea Marathon staan ook op Youtube en zijn echte aanraders.



We zitten nog steeds op het eiland Kyushu, maar gaan nu naar de kleinste thee-prefectuur, Saga. Het is één van de kleinste prefecturen van Japan. Met een productie van 1140 ton per jaar is nog steeds de achtste grootste van Japan, en de geschiedenis van thee begon hier in 1191 toen een monnik met de naam Eisai de eerste theezaadjes plantte op de Seburi berg. Die thee was nog vooral bedoeld als medicijn. De prefectuur is het bekendst voor zijn porcelein, met namen als Imari, Arita en Karatsu, en voor de productie van rijst en nori uit de Ariake binnenzee, en ze ligt recht tegenover Zuid-Korea waardoor het vroeger sterk beïnvloed werd. In 1504 bracht een Chinese immigrant de wok mee en begon de productie van thee in grote hoeveelheden, en dat bleef zo tot na de Tweede Wereldoorlog toen men stoom introduceerde en die methode de wok verving. Saga bleef echter wel een buitenbeentje omdat hier vooral tamaryokucha gemaakt wordt, waarbij de thee wel degelijk gestoomd wordt, maar in tegenstelling tot sencha, niet gerold maar in een ronddraaiende trommel gestoken zodat de thee de vorm krijgt van kleine kommaatjes. 



De verwerking van de geplukte thee vindt vooral plaats in Ureshino, waar ook lange tijd zo goed als alle thee uit Nagasaki werd afgewerkt en verpakt als Ureshinocha. Hier wordt al 500 jaar thee gemaakt, en in 1856 was dit de eerste thee die geëxporteerd werd. Producenten in Saga maken ook wel wat kamairicha met de wok, thee die dus niet gestoomd maar gebakken wordt. In Saga staat ook de oudste theeboom van Japan, de Ureshino Daichaju, 350 jaar oud en vier meter hoog. 

  

De Ureshino Daichaju


Enkele theemakers uit Saga

Chakouan Yamaguchi Seichaen

Imari (shop) en Ureshimo (theetuinen). °1971. Miyuki Nakajima en dochter Sachiyo. Miyuki's broer doet de boerderij. Ook thee uit Kagoshima en Yame. Chakouan is de naam van het merk, Yamaguchi van de boerderij. 

Inoue Seichaen

Ureshino. 3 ha. Kenji Inoue is de vierde generatie en de huidige president, met bijna 20 jaar ervaring in het vak. Hij studeerde in Shizuoka en kwam dan terug om het bedrijf over te nemen van zijn oom. Vooral kamairicha, hojicha en wakoucha. Zeer lekkere Kamairicha. 

Nagao Seicha Kojo

Ureshino. gesticht ergens rond 1700. 6 ha. Nu 9de generatie met Shunsuke Nagao, nu nog maar 29 en met al tien jaar ervaring en een gedegen opleiding in het National Tea Research Centre. Ook velden in Nagasaki. Fukamushicha, tamaryokucha en wakoucha. Zowel conventioneel als bio, en werkt ondermeer met de zeldzame Marishi cultivar waarmee hij een fascinerende thee maakt. Gebruikt ook hout in zijn machines naar de traditie van Kenzo Takabayashi, die de eerste gepatenteerde theemachine uitvond (hout neemt de olie op die tijdens het proces vrijkomt). Al zijn velden worden beschaduwd.  

Ota Shigeki

Ureshino. Geleid door Yusuke Ota. 3 ha verspreid over 16 verschillende percelen, op hoogtes tussen de 150 en de 500m. 9 verschillende cultivars. Organisch sinds vader Shigeki ziek werd van de chemicaliën die het bedrijf gebruikte. Traditioneel gestoomde (niet heel diep) tamaryokucha, kamairicha en wakoucha. 

Voor proefnota's van de hier genoemde bedrijven, zie https://theeencyclopedie.be/ 

Wie de hele uitzending wil bekijken (en ze is echt wel interessant !): 






zaterdag 11 december 2021

Japan's belangrijkste theeregio's, nummer 4: Fukuoka

Deze reeks over de 15 belangrijkste theeregio's van Japan is gebaseerd op de Global Japanese Tea Maraton. Deze werd tijdens de Olympische Spelen van 2021 gehouden door de Global Japanese Tea Association, met Simona Zavadckyte en Yasuharu 'Matsu' Matsumoto als presentatoren. Op 15 dagen passeerden 15 verschillende prefecturen de revue, goed voor 98% van de Japanse theeproductie. Ik combineerde mijn eigen meer theoretische kennis en die uit andere bronnen met wat ik hier leerde om dit overzicht te maken. De twee uur durende, zeer informatieve, en vaak ook erg plezierige sessies van de Tea Marathon staan ook op Youtube en zijn echte aanraders.



De prefectuur Fukuoka ligt in het noorden van Kyushu en omvat de twee grootste steden van het eiland: Fukuoka, met drie miljoen inwoners, en Kitakyushu. Ze grenst aan de prefecturen Saga, Kumamoto en Oita. Fukuoka is één van de oudste steden van Japan. De eetcultuur is er sterk beïnvloed door China en Korea die er bijna recht tegenover liggen en de stad is ondermeer bekend voor zijn yatai, kraampjes waar je 's avonds terecht kan voor snacks, en voor de Hakata ramen. Thee werd hier in 1191 voor de eerste keer aangeplant door de monnik Eisai, op een berg die op de grens tussen de prefecturen Fukuoka en Saga ligt. In 1423 bracht een andere monnik opnieuw theezaden mee die hij plantte in Kurogimachi. Thee van deze theetuinen werd gebruikt als medicijn en als hulp bij het mediteren, en de productie was  nog zeer beperkt. In het begin van de 20ste eeuw begon hier men met de teelt van gyokuro en vandaag komt 45% van deze speciale thee uit Yame, in het Zuiden van Fukuoka. Fukuoka is de zesde grootste thee-producent van Japan. 

In de foto zie je duidelijk de zwarte afdekkingen gebruikt bij het maken van schaduwthee. De vele windmolentjes helpen bij het bestrijden van vorst. Foto Global Japanese Tea Marathon

Yame is goed voor meer dan 90% van de thee-aanplant in Fukuoka en 3% van alle groene thee in het land. De regio is zo belangrijk dat men thee uit deze streek Yamecha noemt, en dat de naam Fukuoka vaak zelfs niet vermeld wordt. Alle in Fukuoka gemaakte thee wordt verhandeld op de theemarkt in Yame.  Het is een echte theeregio waar thee overal aangeplant staat waar de plant goed aardt. Hier wordt zeer goede sencha gemaakt (we zijn nu even weg uit de kamairicha-streek) met vooral diepgestoomde fukamushicha, vaak wat zoeter en zachter dan die uit andere regio's. De rivier die door Yame loopt zorgt voor mist en de theevelden liggen op zacht glooiende hellingen. 77% van de aanplant bestaat uit Yabukita die vooral voor sencha gebruikt wordt. Yabukita is een vorstbestendige cultivar, en overal op de theevelden zie je dan ook de windmolens staan die vorstschade moeten voorkomen. Er wordt weinig bio gewerkt omdat alle theevelden echt tegen elkaar liggen en er te makkelijk contaminatie is tussen bio of conventioneel.  

Yamecha Maru !


Yame is echter ook zeer bekend voor zijn schaduwthee, met nogal wat (lichter beschaduwde) kabusecha en zelfs de sencha wordt vaak een paar dagen afgedekt om hem groener en zoeter te maken, maar de specialiteit is vooral de uitstekende gyokuro, en bijna de helft van alle gyokuro komt uit Yame. Wie niet echt goed weet hoe gyokuro tot stand komt kan nu best even dit lezen voor hij verder gaat: https://theenatuurlijk.blogspot.com/2021/03/over-het-maken-van-gyokuro.html Voor de echt goed gemaakte uit Yame werd zelfs een speciale GI (Geographical Identification), de Dentou Hon Gyokuro die 7 voorwaarden stelt om de naam te mogen dragen. Er zijn immers nogal wat trukjes om sneller en makkelijker Gyokuro te maken die ten nadele zijn van de kwaliteit en die binnen de GI verboden werden.

Ten eerste moet er voldoende ruimte zijn tussen de bedekking en de plant zodat hij vrij kan schieten. Wanneer het dak te laag ligt gaat dat ten nadele van de smaak, maar maakt dat het oogsten veel makkelijker (en dus goedkoper). Ten tweede moet het aantal dagen beschaduwing groter zijn dan 16. Regel 3 zegt dat men geen kunststof mag gebruiken voor die afdekking, maar gedroogd stro van rijst. Dit is een heel belangrijke omdat plastics de temperaturen te snel omhoog laten gaan als ze veel schaduw geven, wat met rijststro veel minder is. Het stro slorpt ook water op wanneer het veel regent tijdens de beschaduwing wat het risico op schimmels vermindert. Het is echter ook een heel arbeidsintensief gegeven: kunststof-beschaduwing wordt vaak gewoon opgerold na de schaduwperiode, rijststro wordt met de hand aangebracht en moet dan ook met de hand worden weggehaald (en wordt dan gerecupereerd als meststof). Een eerste strolaag houdt ongeveer 85% van het licht tegen, maar volgens de GU moet er minstens tien dagen voor de oogst nog een laag bij die tot 98% kan tegenhouden en die zorgt voor steeds hogere concentraties L-theanine (en dus meer umami). 

De vierde en vijfde regel gaan over de pluk. Die mag alleen met de hand gebeuren, en men heeft daar zeer ervaren pluksters voor nodig, en ook het moment is belangrijk: het blad moet groot genoeg zijn maar nog niet helemaal ontplooid, en het is dan nog erg zacht. De zesde regel gaat over de verwerking tot fijne naaldjes en de zevende over de bemesting die de plant in de zomer krijgt om zich klaar te maken voor het volgende jaar. Wanneer je deze top-gyokuro's drinkt is het zetten zéér belangrijk. Gyokuro is veel meer dan gewoonweg hele goeie sencha maar geeft zijn geheimen alleen weg wanneer je hem correct zet. Je kan lekkere thee maken met een gaiwan of een kyusu, maar voor the real thing heb je een shiboridashi nodig: https://theenatuurlijk.blogspot.com/search?q=gyokuro.   


Yame is niet de regio van de grote individualiteit, en de meeste thee uit Yame wordt bij ons verkocht onder de generieke naam. Er zijn maar een paar producenten die iets meer naar voorkomen, maar hun productie is eerder beperkt. 

Kuma-en

4.5 ha in Yame. Ongericht in de jaren 20 van vorige eeuw. Masahiro Kuma is de huidige president. Bekendst voor zijn gyokuro maar maakt ook sencha, matcha en kukicha. Hij gebruikt uitsluitend riet voor de afdekking van zijn struiken. Hij beschaduwt heel sterk omdat zijn grond eigenlijk te rijk is voor gyokuro en hij laat heel weinig groeiruimte tussen de plant en de afdekking. In 2017 nog eerste in een nationale competitie voor gyokuro. 

Ushijima Seicha

3 ha in Yame. Ushijima Keita is de huidige voorzitter en hij is de vierde generatie. Gesticht in 1921 door Ushijima Sadajiro. Zijn overgrootvader maakte kamairicha, zijn grootvader fukamushicha (als één van de eersten in Yame) en zijn vader gyokuro. Naast de boerderij hebben ze ook een heel moderne fabriek waar ze thee verwerken voor andere boeren en vier eigen winkels. 


Voor proefnota's van de hier genoemde bedrijven, zie https://theeencyclopedie.be/ 

Voor wie graag de volledige uitzending over Yame wil zien: 


vrijdag 12 november 2021

Japan's belangrijkste theeregio's, Nummer 3: Kumamoto

Deze reeks over de 15 belangrijkste theeregio's van Japan is gebaseerd op de Global Japanese Tea Maraton. Deze werd tijdens de Olympische Spelen van 2021 gehouden door de Global Japanese Tea Association, met Simona Zavadckyte en Yasuharu 'Matsu' Matsumoto als presentatoren. Op 15 dagen passeerden 15 verschillende prefecturen de revue, goed voor 98% van de Japanse theeproductie. Ik combineerde mijn eigen meer theoretische kennis en die uit andere bronnen met wat ik hier leerde om dit overzicht te maken. De twee uur durende, zeer informatieve, en vaak ook erg plezierige sessies van de Tea Marathon staan ook op Youtube en zijn echte aanraders.



Na de blogposts over Kagoshima en Miyazaki zitten we nog steeds op het zuidelijke eiland Kyushu, maar nu spreken we over Kumamoto, de nummer negen qua theeproductie voor Japan (in 1883 nog nummer 17). Kumamoto is een echte landbouwprovincie, bekend voor zijn watermeloenen en tomaten, en ligt tussen de twee hierboven genoemde prefecturen en Fukuoka. Hier ligt ook de grootste nog actieve vulkaan van Japan, de berg Aso, en het gebied kent geregeld aardbevingen. Een groot deel van de bodem bestaat uit vulkanische as en is heel vruchtbaar. De regio is ook bekend voor zijn onsen, de heetwaterbaden, en voor het vuur-festival. Er zijn duizenden bronnen en het regent er redelijk veel, maar de temperaturen zijn eerder aan de hoge kant. Patrick Lafcadio Hearn, de schrijver van Japanse spookverhalen waarover ik al eerder schreef, gaf in Kumamoto City les aan de universiteit (https://theenatuurlijk.blogspot.com/2019/11/gyokuro-een-liefdeslied.html). 


theevelden in Kumamoto (bron: GJ Tea Association)


Het zou kunnen dat hier al in de 12de eeuw thee werd gemaakt van Yamacha, wilde theebomen, en ook nu staan er nog heel wat van die verwilderde theestruiken waarmee een kleinschalige productie plaats vindt. Ze zijn redelijk uniek en soms meer dan 100 jaar oud en kunnen niet geplukt worden met machines. In Kumamoto ligt ook één van de grootste kastelen van Japan, en het waren Koreaanse arbeiders die hier rond 1630 de kamairicha stijl introduceerden, net zoals in Miyazaki met een vlakke pan (aoyanagi), in plaats van een wok met schuine randen. Momenteel wordt in Kumamoto 1120 ton thee per jaar gemaakt, 50% hiervan is sencha, 38% is (gestoomde) tamaryokucha. De theetuinen liggen vooral in kleine stadjes in de bergen: Hitoyoshi - Kuma, Yamaka, Minamata en Ashikita zijn de bekendere. In 1875 werden hier de eerste opleidingen voor het maken van Wakoucha, de zwarte thee van Japan, opgestart, omdat de Yamacha oogst hier zeer geschikt voor zou zijn. 

Enkele van de bekendere theebedrijven hier zijn: 

Amano Seicha-en

Ishitobi, Minamata. Shigeru Amano is de tweede generatie hier. 80% van zijn productie is zwart en verwijst naar het feit dat in Kumamoto al eind 19de eeuw een school was voor deze thee. Zijn theestruiken zijn rond de 90 jaar oud en liggen in de bergen, rond 600m boven de zeespiegel. Hij werkt al veertig jaar organisch nadat in 1956 hier de Minamata-ziekte werd ontdekt, veroorzaakt door kwikvergiftiging van een chemisch bedrijf dat zijn afval loosde. Doordat thee uit de regio (onterecht) zo ook een slechte naam kreeg heeft hij nog bijna al zijn oude cultivars.  

Ocha no Kajihara

Ashikita, in Tsuge in het Zuiden van de prefectuur. Kleinere theeboerderij met 2ha in de bergen rond Ashikita en in Ono onse, op hoogtes tussen de 200 en de 300 meter boven de zeespiegel. Opgericht in de jaren 50 van vorige eeuw. Toshihiro Kajihara, de derde generatie al en met 40 jaar ervaring, volgde opleidingen in Taiwan en China om zijn kamairicha techniek nog te verbeteren en dat is dan ook de specialiteit. De struiken zijn tot 70 jaar oud en hij heeft nog 0.2 ha met oude Yamacha. Goed terroir dankzij de grote temperatuurverschillen tussen dag en nacht en de veel voorkomende mist. Werkt met een handgevoerde oogstmachine. Zijn theetuinen liggen op hellingen en in 2020 verloor hij nog een stuk aan een grondverschuiving. Mikt op een zo groot mogelijk genot voor de theedrinker. Verdeeld door The Tea Crane. Maakt ook oolong en wakoucha, waarrond hij stages deed in Taiwan. Heel mooie thee's, en heel originele, zachte kamairicha met een kenmerkende fraîcheur die door zijn manier van werken komt. 

Sakaguchi-en

Minamata. Kazunori Sakaguchi als president, en hij is de derde generatie nadat zijn grootvader het bedrijf in 1929 startte. 3 ha. Werkt nog altijd conventioneel maar is bezig met een geleidelijke overgang naar bio. Maakt sencha, wakoucha en tamaryokucha. De sencha wordt gemaakt in een fabriek die hij deelt met anderen, voor de twee laatste heeft hij een eigen productie-eenheid waarvoor hij zelf een deel van de machines ontwikkelde. Maakt al meer dan tien jaar zwarte thee en won daar heel wat prijzen mee. Twee derde van zijn aanplant is zairai en werd nog door zijn opa aangeplant (de struiken zijn nu, in 2021, 92 jaar oud). Hij maakt ook barrier tea voor zijn buren.

Sakurano-en

Minamata. °1927, en nu geleid door Kazuya Matsumoto, de vierde generatie. Begon 23 jaar geleden te werken zonder pesticides en negen jaar geleden zonder kunstmest. Sommige van zijn theestruiken zijn zairai en bijna 100 jaar oud, nog aangeplant door zijn opa. Sinds een tijdje is hij volledig gestopt met bemesting omdat hij gelooft dat alle vormen van bemesting insecten aantrekt. Leerde vogens eigen zeggen veel in het legendarische Makinohara waar heel traditioneel gewerkt wordt. Maakt ook sencha, maar gespecialiseerd in wakoucha en kamairicha. Veel zelf ontwikkelde apparatuur. 1.5ha zairai, 2ha Yabukita en dan nog wat Fujimidori en Benifuki. 


Voor proefnota's van de hier genoemde bedrijven, zie https://theeencyclopedie.be/ 

Voor wie meer wil weten over de regio en ondermeer het productieproces van de wakocha van Sakaguchi kan hier het hele filmpje zien:   




donderdag 28 oktober 2021

Japan's belangrijkste theeregio's, nummer 2: Miyazaki

Deze reeks over de 15 belangrijkste theeregio's van Japan is gebaseerd op de Global Japanese Tea Maraton. Deze werd tijdens de Olympische Spelen van 2021 gehouden door de Global Japanese Tea Association, met Simona Zavadckyte en Yasuharu 'Matsu' Matsumoto als presentatoren. Op 15 dagen passeerden 15 verschillende prefecturen de revue, goed voor 98% van de Japanse theeproductie. Ik combineerde mijn eigen meer theoretische kennis en die uit andere bronnen met wat ik hier leerde om dit overzicht te maken. De twee uur durende, zeer informatieve, en vaak ook erg plezierige sessies van de Tea Marathon staan ook op Youtube en zijn echte aanraders.



Miyazaki deelt met Kagoshima zijn vruchtbare vulkanische ondergrond en zijn zuidelijke ligging, maar het heeft een landschap dat veel gevarieerder is, dat bestaat uit 75% bergen en een vlakke kuststrook. De hoogste toppen liggen tot 1700m boven de zeespiegel. Het is de zonnigste prefectuur van Japan, maar er is veel mist en ook best wel veel neerslag. Over het algemeen wordt het ook beschouwd als een zeer mooie provincie. De allereerste keizer van Japan zou uit deze regio afkomstig zijn en het is de prefectuur met het hoogste aantal gelukkige mensen van Japan. 

Miyazaki is de vierde grootste thee-producent van Japan, met een jaarproductie van ongeveer 3000 ton. In 1883 was het maar de 27e en het was vooral na de tweede wereldoorlog dat de productie hier op gang kwam. Net als in Kagoshima was dat tot in 1971 vooral zwarte thee, tot die markt instortte. De ondergrond is vruchtbaar en vaak van vulkanische oorsprong.  In volgorde van grootte zijn de belangrijkste theegebieden Miyakonojo (260ha), Kawaminami (138ha), Kushima (111ha), Shintomicho (111ha), Takanabe (103h) en Gokase (102ha), alle andere zijn minder dan 100ha groot. De topgebieden zijn (het zeer mooie) Takachiho, Gokase, Miyakonojo en Saito. 

Ooit was dit één van plaatsen waar men begon met het wokken van thee, al rond 1600, in de vlakke delen die op de grens tussen deze prefectuur en zijn buur Kumamoto liggen, en in Miyazaki wordt vandaag ongeveer een derde van alle kamairicha gemaakt. De stijl werd Aoyagisei Kamairicha genoemd omdat een platte pan werd gebruikt, geen wok zoals op de meeste andere plaatsen. Van de 200 ton kamairicha die vandaag in Japan wordt gemaakt komt iets meer dan een derde uit Miyazaki. Vandaag wordt in Miyakonojo vooral sencha gemaakt, in Saito vooral fukamushicha en in Takachiho en Gokase vooral Kamairicha en Wakoucha. Gokase bekleedt een bijzondere plaats en heeft één van de mooiste terroirs van heel Japan. Takachiho en Gokase liggen naast elkaar. 

Op wat vorstgevoeligere plekken wordt veel met Yabukita gewerkt, maar hier vind je ook veel minder vaak voorkomende of traditionelere cultivars als Saemidori, Okumidori en Kanayamidori, en nogal wat aanplant is Yamacha, met wilde of halfwilde struiken die rond de boerderijen staan, onmogelijk mechanisch te oogsten en vaak nog uit China afkomstig, nog voor de moderne Japanse cultivars ontstonden. Omdat zwarte thee hier ooit populair was vind je ook veel zwarte 'beni' cultivars. Veel van de hier aangetroffen cultivars werden ontwikkeld door het Miyazaki Tea Research Institute. Hun onderzoek naar cultivars voor zwarte thee ligt nu uiteraard stil, maar ze blijven verder zoeken naar varianten die geschikt zijn voor kamairicha en nieuwe types thee als wakoucha en oolong. 

Enkele theeproducten uit Miyazaki: 

Miyazaki Sabou

Gokase. Dit is het theebedrijf van Akira Miyazaki, misschien wel de beste Kamairicha-maker van Japan. Zijn theetuinen, goed voor in totaal 11ha, liggen in Gokase op hoogtes tussen de 600 en de 700m, op één van de mooiste terroirs van het eiland Kyushu. Het bedrijf startte op in 1930, toen nog onder een andere naam. Akira Miyazaki is een man die graag experimenteert en veel nadenkt over hoe hij het beste uit zijn terroir kan halen. Het bedrijf stopte al in 1983 met kunstmest en pesticides toen een vriend van de familie overleedt aan de gevolgen van een lange blootstelling aan die middelen en werkt vandaag gecertifieerd organisch. Door de hoge ligging zijn er ook wat minder insecten, wat het werk vergemakkelijkt, maar Akira vertelt altijd dat zijn grootste vijand het onkruid is. Hij werkt met een kleine handgevoerde oogstmachine omdat hij dat beter vindt en omdat hij theevelden heeft waar een tractor moeilijk geraakt. Hij heeft ook nog heel wat zairai en een kleine 20 verschillende cultivars. Hij experimenteert graag in zijn goed uitgeruste productie-eenheid met veel nieuwe apparatuur en maakt ook prachtige wakoucha, sannen bancha (een ongelooflijke thee van drie jaar uitgroei) en een schitterende oolong. Hij maakt geen sencha want hij heeft de machines niet. Het is een fascinerend man die top-thee's maakt en zeer geregeld prijzen wint. Eén van de grote thee-talenten van Japan. Verdeeld door The Tea Crane (van de Belg Tyas Sosen) en Thés du Japon.  

Kamimizu-en

Mimata, aan de voet van de Kirishima berg. Oud bedrijf, uit 1896. Geen pesticides, geen kunstmest, maar ze werken intensief en ingenieus met besproeing. Hun Bio-Tea is een speciale thee voor coldbrew die populair is bij sporters. Verdeeld door Yunomi.

Morimoto Tea Farm

Miyazaki stad. Haruyo en Shigero Morimoto. 12 kleine percelen met een grote verscheidenheid aan cultivars waarmee ze door te blenden verschillende karakters aan hun thee's geven. Werken organisch gecertifieerd. Opgericht in 1971 maar teruggaand op de eerste thee-aanplant door grootvader in 1931. Een paar percelen liggen wat hoger, op rond de 200 à 300 meter. Verdeeld door Marimo, een Duitse groothandel.

Gokase Midori Seicha

Dit is de boerderij van Yoichi Korogi. Hij werkt al 30 jaar bio en is een echte kamairicha-specialist. Alhoewel hij een goed machinepark heeft vertelt hij steeds dat je kamairicha alleen echt begrijpt als je hem ook volledig met de hand kan maken. Ook uitstekende wakocha. Verdeeld door The Tea Crane. 

Kai-Seicha-en

Takachiho, met theetuinen op 350m. Familie Kai. Opgestart rond 1950 en nu al de vierde generatie. 8 verschillende cultivars, en bemesten bijna volledig organisch. Echte kamairicha specialisten. 

Voor proefnota's van de hier genoemde bedrijven zie de https://theeencyclopedie.be/. Op dezelfde plaats vind je ook meer informatie over cultivars die in Miyazaki ontwikkeld werden. 

Voor wie echt meer wil weten en het hele filmpje over Miyazaki wil zien (inclusief het interview met de geniale Akira Miyazaki): 





vrijdag 15 oktober 2021

Japan's belangrijkste theeregio's, nummer 1: Kagoshima

 Deze reeks over de 15 belangrijkste theeregio's van Japan is gebaseerd op de Global Japanese Tea Maraton. Deze werd tijdens de Olympische Spelen van 2021 gehouden door de Global Japanese Tea Association, met Simona Zavadckyte en Yasuharu 'Matsu' Matsumoto als presentatoren. Op 15 dagen passeerden 15 verschillende prefecturen de revue, goed voor 98% van de Japanse theeproductie. Ik combineerde mijn eigen meer theoretische kennis en die uit andere bronnen met wat ik hier leerde om dit overzicht te maken. De twee uur durende, zeer informatieve, en vaak ook erg plezierige sessies van de Tea Maraton staan ook op Youtube en zijn echte aanraders.



De reeks loopt van het Zuiden naar het Noorden van Japan, van in het zuidelijkste hoekje in het eiland Kyusu tot aan de thee-appelgrens ongeveer in het midden waarboven thee niet langer geteeld kan worden. Thee heeft immers specifieke klimatologische vereisten om goed te kunnen aarden, net als de appelaar die in Japan zo goed als nooit onder deze grens voorkomt. 

Kagoshima ligt in het meest zuidwestelijke punt van het grote eiland Kyushu, en het is de meest zuidelijke prefectuur van Japan (met uitzondering van het eiland Okinawa). Het heeft een warm, subtropisch klimaat dat zeer geschikt is voor thee maar werd pas laat populair ervoor, en het is een echte landbouwprovincie, de tweede belangrijkste van Japan. In 1883 was het nog de 7e qua productie (883 ton), maar na de Tweede Wereldoorlog steeg de productie sterk, en nu is het de nummer twee, goed voor 8000 ha aanplant en 23.900 ton thee per jaar (cijfers uit 2020). Na 1945 waren veel jonge theeboeren gaan kijken in Shizuoka, dé historische theeregio bij uitstek, om er te leren hoe men te werk moest gaan. Omdat in deze periode de regering sterk de productie van zwarte thee promootte voor de export om vreemde deviezen binnen te krijgen, groeide de aanplant hier als kool. Die focus op zwarte thee verdween in 1971 toen de vraag ineenstortte, maar de overgang naar groene thee was snel gemaakt, en de productie is altijd blijven groeien.  

De regio kent 15 thee-gebieden die zich onderscheiden door een licht anders terroir: de bekendere zijn Tanegashima, Yakushima, Satsuma (met subgebieden Minami-Kyushu, Chiran, Ei en Kawanabe) en Osumi (met subgebieden Kirishima, Makizono, Takarabe, Sueyoshi en Shibushi). De thee uit Kagoshima werd lang alleen gebruikt om te worden geblend met thee uit andere gebieden. Het warme klimaat en de zeer vlakke en vruchtbare ondergrond (vulkanisch !) maakten het relatief makkelijk om te mikken op kwantiteit, en er wordt dan ook al lang geoogst met grote oogstmachines. Door het warme klimaat kon hier erg vroeg gestart worden met oogsten en de vroegste thee van het jaar, de hashiri sencha, komt nog steeds hier vandaan, van de eilanden Tanegashima en Yakushima. Het klimaat laat zelfs een vierde oogst toe, de yonban, wat uniek is voor Japan. Fukamushicha, diepgestoomde thee, is hier heel populair en levert frisse, grassige en diepgroene thee's op, vaak met nogal wat umami. Kagoshima is misschien niet de meest opwindende theeregio van Japan maar is bekend voor zijn lekkere diepgestoomde fukamushi-cha.  

Omdat het hier nooit vriest kent de prefectuur een grote verscheidenheid aan cultivars. De vorstbestendige Yabukita die in andere regio's zo populair is, is hier maar goed voor 33% van de aanplant, en de regio kent een grote diversiteit op dit vlak. De populairste lokale variant is  Yutakamidori, goed voor 27%, die voller van smaak is dan Yabukita, met als tweede de Saemidori, goed voor 13%. Doordat dit ooit een regio was voor zwarte thee is dit ook de plaats waar zwarte cultivars als Benifuki, Benihomare en Sunrouge werden ontwikkeld (binnen het Makurazaki Tea Research Station). In de theeencyclopedie (met drie e's vind je meer info over deze cultivars). 41% van de productie van Kagoshima is nu organisch (tegenover een goede 5% in heel Japan). 

Hier volgen nog enkele van de bekendere producenten:

Henta Seicha

Kirishima, aan de voet van de gelijknamige berg op 200 tot 300m hoogte, met een vulkanische ondergrond en veel mist. °1968. Ongeveer 25ha. Werken organisch. Familie Henta. Verdeeld door Nio Teas. Hun Sencha is een blend van 8 verschillende cultivars, maar de meeste worden ook als mono-cultivar gemaakt. Goed domein. 

Kasuga-en Kawaji Seicha

Hioki City. Familie Kawaji. °1970. Werken veel met Yutaka-Midori en zijn gespecialiseerd in de diepgestoomde fukamushicha. Verdeeld door Nio Teas. 

Hayashi

Kirishima. Oud domein, uit 1897, en bio sinds 1993 toen de vader van de huidige baas merkte dat hij steeds meer chemische middelen moest gebruiken voor hetzelfde resultaat. Vijfde generatie. Omdat het geen directe buren heeft is het relatief makkelijk om bio te werken. Vind je nogal eens in Duitse theewinkels. 

Orita-en

Minami-Kyushu. °1965, en een relatief groot domein met 40ha. Bio sinds 1973, en hij kan uitgebreid vertellen over hoe moeilijk de overgang was als pionier, zonder voorbeelden en zonder vraag. Orita familie. Werd uitgebreid geinterviewd tijdens de Tea Maraton, zie het filmpje hieronder. Goede Fukamushicha. Vooral export naar de VS. 

Sakamoto Organic Tea

Shibushi. Sakamoto familie, al 80 jaar bezig. Werken organisch en maken vooral Gyokuro. Verdeeld door Nio teas. 

Sueyoshi Tea Atelier

Sueyoshi, op het Osumi schiereiland. Familie Takefumo. Werkt organisch, volgens de Chagusaba methode. 

Watanabe - Hachimanjyu Yakushima Tea Garden

Eiland Yakushima, met vulkanische ondergrond. Bio sinds de jaren 90. KLeine theetuinen aan de kust, met veel mist. Mooie collectie. 

Wakohen

Osumi schiereiland. Goede fukamushicha. Zeer groot domein (220ha). Familie Horiguchi. Bijna volledig organisch, met een paar ingenieuze methodes om onkruid en insencten te bestrijden.   

Het volledige filmpje over Kagoshima vind je hier: 


 

 

vrijdag 17 september 2021

Obubu of de kunst van het rusteloos experimenteren

Na enkele decennia wijn- en thee-studie heb ik het grootste respect voor producenten die hun kunst geperfectioneerd hebben en jaar na jaar een top-product op de markt brengen. In de wijn- en thee-wereld lopen echter ook mensen rond die verder willen gaan dan dat. Ze worden gedreven door de drang om te experimenteren, om zaken eens van een andere kant te bekijken, om nieuwe dingen uit te proberen. De allerbeste zijn mensen die de basis zeer goed beheersen, hun vak uitoefenen met grote toewijding, en waarvan je de klassiekers blind kan kopen, maar ze hebben ook een soort rusteloosheid die hen terug de fabriek of de kelder in dwingt om dingen uit te proberen, telkens weer opnieuw.

Het is altijd heel plezierig om zo'n mensen te volgen. Er zit iets in hen dat ze steeds weer andere richtingen uit jaagt en dat eigenlijk heel opwindend is (en zonder twijfel ook soms vermoeiend voor hun naasten). Als we de thee-industrie bekijken als een organisme zijn ze de takken die door hun mutaties de boom continu verbeteren en sterker maken. Sommige van die mutaties zijn verkeerd en verdwijnen, sommigen zijn net heel goed en blijven bewaard, maar velen zijn eigenlijk stapjes in een bepaalde richting. Het zijn meestal geen eindpunten maar tussenstappen, en soms zorgen ze er alleen maar voor dat andere processen gestroomlijnd of beter begrepen kunnen worden. 

Wanneer we als consument mogen kennis maken met zo'n experiment maken we eventjes deel uit van de vooruitgang want ook hoe wij erop reageren is daar een deel van. Vaak moet je daarvoor op de boerderij zijn waar die kleinschalige experimentjes plaats vinden, en wie die heeft meegemaakt kent dat wel, die priemende blik van de maker: wat vind mijn potentiële klant van dit probeersel...

Soms komen ze ook op de markt, en dit is er dus zo eentje. Hij komt van de Obubu theeboerderij waar Akihiro 'Akky' Kita en Yasuharu 'Matsu' Matsumoto de plak zwaaien, en deze heren zijn bij uitstek exponenten van die rusteloze experimenteerdrang. Die komt zowel tot uiting in de manier waarop ze hun zaak besturen als waarop ze werken in de fabriek. Obubu was één van de eerste om naar buiten te komen, om te proberen de Westerse wereld te overtuigen van het geweldige van de betere Japanse thee, en die via een systeem van internships zijn apostelen uitzendt om de Obubu-boodschap verder uit te dragen. Akky is de president en de eigenlijke theeboer, Matsu zorgt voor het commerciële model en is de apostel van Japanse thee over de hele wereld.

Akihiro 'Akky' Kita

Yasuharu 'Matsu' Matsumoto


Ook in de fabriek beperken ze zich niet tot klassiekers. Ze maken al een hele tijd wakoucha, op zichzelf een stijl die nog maar recent terug populair wordt en waarin nog heel veel geëxperimenteerd wordt met rassen en methodes. Deze is nog specialer omdat hij twee methodes combineert: de volledige oxydatie van een zwarte thee (wakoucha) maar dan met een cultivar die eigenlijk voor groen bedoelt is (experiment 1) en het daarna roosteren van die thee (hojicha), wat je eigenlijk alleen met een groene thee doet zodat hij zoeter wordt en minder cafeïne bevat (in Japan populair voor kinderen en bejaarden) (experiment 2). Dit levert iets unieks op, een Hoji Wakoucha. 


Hoji Wakoucha, 2021?, Obubu:

Geroosterde zwarte thee uit Wazuka in de prefectuur Kyoto. Gemaakt met seed-grown Yabukita. Geoogst in juni, niet beschaduwd. 98°C, met een kleine kyusu, 3 gram, 150ml, 3 minuten. Het uitzicht van het droge blad verrast wat, grote broze stukken blad in alle schakeringen van bruin. Droog, licht citrus-achtig aroma. Eens in de opgewarmde pot een heel aangename geur, opmerkelijk fris en fruitig, meer richting wakoucha dan hojicha. De infusie is goudkleurig met een bruine schijn. De aroma's van het natte blad zijn verrukkelijk ! zoet, fruitig, originaal, noch hojicha, noch wakoucha, maar iets tussenin. Doet denken aan een confituur (maar dewelke) ? Duidelijk aanwezig zoetje, een boventoon die fruitig is maar ook wat kruidig als een tabak, met tussen de lijnen de roostertonen van een hojicha. Het zoetje blijft echt mooi hangen. Zéér lekker. De afdronk is mooi, lang en constant. Hééérlijk. 😊😊😊😊 Tijdens een nieuwe sessie in september viel op hoe goed deze thee paste bij de late nazomer, met die mengeling van frisse toetsen, rijp fruit en die roostertonen. Heel mooie complexiteit en intensiteit, en dat leuke zuurtje houdt alles lekker fris. 

Alles over Obubu ? Hier: https://obubutea.com/

En meer over Wakoucha, Hojicha en Yabukita ? Hier: https://theeencyclopedie.be/

zaterdag 28 augustus 2021

Een slakkenblog voor theeliefhebbers




Wie hier af en toe eens voorbij komt heeft het vast al wel gemerkt: hier gebeurde de laatste weken niet veel. Nadat een vakantie, die ondermeer werd gevuld met de Japanese Tea Marathon, voorbij was, barstte de werkdruk terug los met een tempo dat net als het weer meer aan de herfst dan aan de zomer deed denken. Daar boven op eiste een ander schrijfproject onverwacht veel aandacht op. Tijd om even te bezinnen dus. 

Toevallig hoorde ik kort daarna tijdens een radioprogramma met Karin Swartenbroux op Studio Brussel praten over slacking en slacker rock. In de jaren 90 waren er een aantal bands die voortsproten uit de skateboarding-cultuur en die vonden dat alles een beetje relaxter, wat minder serieus en wat minder perfectionistisch mocht zijn. Ze gingen uit van het punt dat de vreugde die je ervoer bij het muziek maken belangrijker was dan het succes dat je er mee boekte, net zoals bij het skaten. Je stond op je skateboard om plezier te maken met je vrienden, niet om wedstrijden te winnen, en je maakte muziek omdat dat leuk was, niet om er rijk mee te worden. 

Ik kon niet nalaten te denken aan mijn blog en de redenen waarom ik eigenlijk nu al zo veel jaren op het internet schrijf. Doe ik dat om geld te verdienen ? Nee. Doe ik dat om beroemd te worden ? Nee. Eigenlijk doe ik dat alleen omdat ik graag schrijf, en omdat ik al schrijvend dingen moet opzoeken en zo bijleer. Schrijfplezier en leergierigheid zijn eigenlijk altijd mijn grote drijfveren geweest.

De laatste tijd was de blog echter een beetje een pain-in-the-ass geworden. Thee heeft toch duidelijk wat minder adepten dan wijn (waar mijn oude blog over ging), en minder en minder mensen reageerden nog. Even heb ik mij blindgestaard op 'hoe maak ik mijn blog succesvol' verhalen, en deed ik moeite om de regels van de 'social media' te volgen, links te maken en te zoeken, minstens elke week te publiceren, te letten op woordkeuze en zo voort en zo voort. 

En toen merkte ik dat de blog mij ongelukkig maakte... en dat was niet de bedoeling. 

Dus dit is een nieuwe start. Hier zal minder vaak dan vroeger op gepubliceerd worden en minder dan ooit om zomaar iets te zetten. Het grote doel is schrijfplezier en het oefenen van mijn pen, en als dat kan met blogs en topics die U als lezer ook interesseren, dan is dat mooi meegenomen. 

Het volgende project hier is een reeks over de theeregio's van Japan naar aanleiding van de Japanese Tea Maraton, en ik kijk al uit naar het opzoekings- en schrijfwerk. Maar misschien doe ik eerst wel iets  helemaal anders... 😁 Tot uw volgende bezoek dan !


dinsdag 3 augustus 2021

Zomeractiviteit: Global Japanese Tea Maraton



Het is deze zomer hier een beetje kalmer geweest, en naast veel te veel werk en een stukje vakantie lag dat aan een fascinerend event dat vandaag, 4 augustus, nog steeds loopt. In een reeks van 15 uitzendingen gaan Simone en Matsu doorheen de Japanse theeregio's waarbij telkens de theeregio wordt voorgesteld en één of twee producenten dieper ingaan op een bepaalde soort thee. 


Ik ben hier een beetje laat om nog publiciteit te maken, maar wie tijd heeft en nog kan moet er echt eens eentje meepikken. Later komen de uitzendingen of delen ervan op youtube terecht, en ook ik zal er in het najaar nog een reeks van maken. 


Kampai !

  

* meer info over het event hier: https://gjtea.org/japanese-tea-marathon/

* en over de hele leuke groep van Japanse thee-liefhebbers: https://gjtea.org/

vrijdag 25 juni 2021

Bukit Sari Imperial Black: een verrassing uit Indonesië

In het geweldige boek The Bookseller's Tale vertelt Martin Latham, de zaakvoerder van Waterstone's in Canterbury, dat een echt goeie boekverkoper soms meer weet over de smaak van zijn klant dan de klant zelf, en in staat is om een boek aan te raden waarvan de klant zich achteraf afvraagt hoe de verkoper wist dat dat boek zo goed bij hem zou passen. 

Er zijn in Leuven een paar winkels waar ik al zo'n ervaringen had: Portobello op de Bondgenotenlaan, een kledingwinkel, is er zo eentje, maar onlangs mocht ik er onverwacht eentje bijvoegen: het Leuvense Simon Lévelt filiaal in de Leopold Vanderkelen straat. 

Ik koop er vooral mijn commodities: een English Breakfast Tea, een Irish Breakfast Tea en de Jangwon Groen, een Koreaanse thee waar mijn vrouw erg van houdt. Het zijn onze vaste ontbijtthee's. Bij dat kopen hoort altijd een babbeltje en het was de uitbaters al opgevallen dat ik een zwak heb voor de betere zwarte, en daar ook graag in experimenteer. Onlangs vroeg Mark me of ik de Bukit Sari Imperial Black al geproefd had ? Hij dacht dat wel eens iets voor mij zou kunnen zijn...

Het was laat ons zeggen met enig voorbehoud dat ik hem proefde: ik ben gek op Japanse zwarte thee en op de betere ongerookte Lapsang Souchong's, en dat zijn de standaarden waartegen ik nieuwe zwarte thee's afzet. Een beetje onrechtvaardig misschien, maar kom, Life is too short to drink bad tea. Indonesië is dan ook nog eens meer bekend voor zijn bulkproductie bestemd voor Ice Tea dan voor zijn hoge kwaliteit. Maar curiosity has not yet killed this cat en 'nooit oordelen voor je geprobeerd hebt' mijn motto, dus daar ging ie !




Bukit Sari Imperial Black, Simon Lévelt Leuven:

De Bukit Sari plantage ligt in West-Java, in het district Cianjur. Het is een grote plantage met een oppervlakte van 1400ha en ze dateert uit de jaren 20 van de 20ste eeuw. De theetuinen liggen op hoogtes tussen de 1150 en 1350 meter. Sinds 2007 werkt ze grotendeels organisch, en ze is bezig met Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Je komt meer te weten op hun website www.bukitsari.net

17.9 euro voor 100 gram. Deze thee won prijzen in Australië en Japan. 

24 mei 2021, 3 gram, 3 minuten, kyusu, 98°C, 150ml. Prachtige en voluptueuze aroma's voor het natte blad, heel floraal. De infusie kleurt erg mooi, een helder oranje. De smaak is zacht en floraal, en doet wat denken aan een Wakoucha. Heeft ook iets fruitigs, en een zeer lekkere afdronk. Veel body. Ook een tweede zetsel, deze keer op 4 minuten, was heel lekker maar kruidiger en fruitiger, en heel anders eigenlijk (en dat is een heel positief punt, vind ik). Mooi zacht. 😊😊😊😊 Werkte ook in een gaiwan, maar geef mij maar de kyusu voor deze...



  

zondag 6 juni 2021

Bi Luo Chun 2020 van Mist: te lekker om over te zwijgen...

Ik was eigenlijk niet van plan deze blogpost te schrijven... Ik werkte nog aan een andere (iets Indonesisch !), maar toen ik een paar dagen geleden deze Bi Luo Chun proefde was ik zo onder de indruk dat ik dit er even tussen door wou gooien. Soms proef je thee die je zo vrolijk maakt en die je zo lekker vindt dat je er niet over kan zwijgen. Hij maakte deel uit van een proefpakket dat ik onlangs bij Mist kocht en waaruit ik al een paar behoorlijk lekkere thee's proefde. En alhoewel deze thee zelfs niet uit Jiangsu kwam, het hartland voor Bi Luo Chun, maar uit Fujian, en de naam dus meer op de stijl dan op de herkomst sloeg, was dit van het begin tot het einde een heel aangename ervaring, en één van de 'vrolijkste' thee's die ik sinds enige tijd dronk. 


Bi Luo Chun, 2020, Mist Teas:

Geoogst op 3 april 2020 in het dorp Jing Ping, in Zhenghe County in Fujian China, op 800m hoogte, en dus één van de weinige thee's van het vasteland die bij Mist te koop zijn (ze zijn meer gespecialiseerd in Taiwan). 33 euro per 100 gram. Handgerold. De theeboer(in) heet Cindy.

4 juni 2021, aan zee, 4 gram, in de gaiwan, 100ml, 1 minuut op 80°C. Het natte blad geurde naar kastanjes, boontjes en iets heel fris dat me deed denken aan van die zoete Siciliaanse citroenen, vers geplukt en geperst. Bleek goudgele infusie. Qua smaak dacht ik eerst aan verse boontjes, en de thee is zoet en zacht met een mooie lange afdronk. In het tweede zetsel kwam het fruit nog meer naar voor, heel uitbundig en heel lekker, zowel in de neus als in de mond. Een bijzonder aangename groene thee, om goed gezind van te worden ! 

Men zegt dat je net als bij wijn de persoonlijkheid van de maker kan proeven in de thee, en dat dat zelfs wat zou gelden voor de importeur die de thee selecteerde. Als dat hier het geval is, wil ik absoluut eens een kopje delen met Cindy en Dorien. Dat moeten sympathieke dames zijn.

😊😊😊😊

De thee is te koop bij Mist in Mechelen: https://mistteas.com/collections/frontpage/products/green-bi-luo-chun

vrijdag 28 mei 2021

Bi Luo Chun, 2021, Siam Teas: de smaak van de lente

Van slakken word ik in de lente gewoonlijk niet zo vrolijk, maar deze Bi Luo Chun (Green Snail Spring) is een uitzondering ! Hij kreeg zijn naam van een keizer die vond dat het eindproduct op kleine slakjes leek zoals je die in de lente ziet tevoorschijn komen, maar zijn oudste naam is Xia Sha Rhen Xiang, of Scary Fragrance, en ik vind die connotatie veel leuker. De naam duidde op de geur die opsteeg toen een jonge plukster een teveel aan geplukte blaadjes verstopte tussen haar borsten en schrok van de aroma's die de door haar lichaam opgewekte warmte vrijmaakte in de blaadjes. De keizer vond deze benaming een beetje te ruw en te moeilijk en stelde daarop Bi Luo Chun (ook bekend als Pi Lo Chun) voor, en zo bleef het sindsdien. 

De thee heeft een paar speciale karakteristieken. Eén daarvan is de herkomst, en die is bij deze thee belangrijk. De echte komt van de Dong Ting bergregio bij het Taihu meer waar het ondiepe maar grote meer heel frequent voor mist zorgt die vocht aanbrengt en beschermd voor te veel krachtig zonlicht. Diezelfde mist is ook ideaal voor fruitbomen die op hun beurt ook weer voor schaduw zorgen en waarvan de bloesems ook bijdragen tot de aroma's van de thee. De allerbeste komt van de Dong berg zelf die op een schiereiland ligt ten zuiden van de stad Suzhou. 

De tweede is de cultivar, die de echte Bi Luo Chun moet zijn, en hij moet geplukt worden bij droog weer en best voor het qingming festival dt begin april plaatsvind. Er bestaat uiteraard thee met de naam Bi Luo Chun die gemengd is geweest met goedkopere en meer opbrengende cultivars, of die uit de provincies Zhejiang of Sichuan komt waar de theeplantages veel groter zijn maar de kwaliteit minder. Hoe herken je de echte ? Wel, dat is simpel, wij zijn daar niet toe in staat. Een heel ervaren Chinese proever wel, maar voor ons arme Westerlingen geld er maar één ding: vertrouwen. En het is dus weer zo'n thee die nooit echt goedkoop kan zijn, en die je moet kopen bij iemand die je vertrouwt (en die dan zelf ook weer koopt bij iemand die hij vertrouwt, en  ga zo maar door). Omdat het weer belangrijk is bij het plukmoment kan de prijs ook schommelen van jaar tot jaar, en er zijn niet minder dan zeven kwaliteitsniveaus: je zal de echte top uiterst zelden vinden in Europa, maar dat wil niet zeggen dat al wat naar hier komt van lage kwaliteit is, verre van, maar proeven is de boodschap.



Echte Bi Luo Chun van topkwaliteit wordt meestal gemaakt door vrouwelijke vuursters en is moeilijk machinaal te maken: het productieproces is met de hand en het is ingewikkeld, er zijn vijf bewegingen nodig om de vorm te krijgen die drie keer moeten herhaald worden. Dit zou heel goed zijn voor de chi of de energie van de thee die zo bewaard blijft, en als het ware wordt opgerold, om dan bij het zetten terug vrij te komen. Ook dit is echter een echt Chinese manier om de dingen te zien, en het is voor ons niet makkelijk om dit te vatten. Voor ons geldt het spreekwoord the proof of the pudding is in the eating: je moet er heel wat geproefd hebben om echt de kwaliteit te kunnen herkennen, en dus is er eigenlijk één ding echt belangrijk voor ons: wat vind je er zelf van ? 



Tai Hu Dongting Bi Luo Chun, 2021, Siam Teas:

Geplukt voor het qingming festival dus dat dit jaar op 4 april viel, op 500m hoogte, en op het eiland, niet het schiereiland, op de oostelijke en westelijke helling, in een theetuin met fruitbomen. 26.9 euro voor 100 gram. 

14 mei 2021, 4 gram, 200ml, 2 min, 75°C. verrassend fruitig en complex voor het overduidelijk heel verse droge blad dat er ook prachtig uitziet met zijn vele kleurverschillen en vormen. Ook het natte blad is erg mooi en heeft een heel intense frisse geur, heel vers. In de mond is deze thee heel levendig met heel veel frisse lentetoetsen en een fruitig zoetje meer achterin. Geen astringentie en best veel body, zelfs een beetje dik. Tweede zetsel, 1 min, 75°C: heel beschaafd, een zoetje, erg rond, fluwelig bijna. 

16 mei 2021, 4 gram, 200ml, 2 min, 75°C, in een kyusu: het aroma van het natte blad is opnieuw heel fris, heel lente-achtig, maar wat vegetaler nu, zeker voor het natte blad. Het aroma van de infusie zelf zit korter bij dat van de vorige sessie, en is super levendig en vers. Mooie en meer opvallende afdronk. Tweede sessie zoals de vorige, derde sessie op aanraden van de importeur was verrassend zoet en nog altijd dik en echt de moeite van het zetten. 😊😊😊😊 

Verkrijgbaar bij Siam Teas https://www.siam-teas.com/product/tai-hu-dongting-bi-luo-chun-green-tea/


zondag 16 mei 2021

Baozhong Oolong, 2018, Mist: Also Sprach Zarathustra

Je weet dat je echt gebeten bent door de thee-microbe wanneer je voor je verzameling staat en eigenlijk geen idee meer hebt wat er nu eigenlijk nog inzit. Dat wil zeggen dat er ongetwijfeld wat exemplaren gaan tussen zijn die niet meer lekker zijn want thee blijft geen eeuwigheid goed, en iedereen koopt ook al wel eens iets dat achteraf wat tegenvalt. Af en toe moet je dan ook eens door een stukje van je theekast gaan, en met ijzeren hand overtollige thee verwijderen die zijn aroma's en smaak verloren heeft, maar het leuke aan zo'n oefening is dat je die oudere thee's nog eens kan proeven en ervaren hoe ze geëvolueerd zijn. Voor sommige thee's is dat weggegooid geld, sencha drink je echt wel best jong, maar sommige thee's, zeker indien ze goed bewaard werden, evolueren best wel leuk en blijven makkelijk een paar jaren goed. 

Af en toe tuimel je dan ook al eens van je stoel van de verrassing wanneer een thee die je je niet echt herinnert als echt goed schitterend blijkt, en bij deze sessie was dat nog eens het geval. Ik had de thee in kwestie ooit gekocht bij Mist in zo'n leuk proefsetje van 10 gram, er één keer thee mee gezet en dan prompt vergeten: ik vond zelfs geen proefnota's meer terug... Ik vind baozhong oolong wel één van de lekkerste licht geoxideerde type's oolong, en dus haalde ik mijn yixing potje boven om gongfu te gaan, met 5 gram thee op 100ml en een korte trektijd van 60 seconden, kwestie van alles uit die thee te puren wat er nog zou inzitten.



Baozhong Oolong, 2018, Mist:

Geoogst 15 oktober 2018 op 400 meter hoogte in Pinglin, Taipei in Taiwan. 42 euro voor 100 gram. Doosje van 10 gram. Volgens Mist rijker en langer dan de gewone Baozhong omdat hij zes keer geschud is en daardoor langer en rijker smaakt. Afkomstig van een klein familiebedrijf. 

Geproefd op 20 april 2021. Wat een verrassing. Eerst komt de thee zwak door, en net op het moment van initiële teleurstelling plooide hij majestueus en heerlijk open, vooral retronasaal, een beetje als een rijke gebruinde boter, dik en breder en breder uitdeinend  om dan te eindigen is een heel rond en smakelijke, en extreem lange, finish. Ik moest bijna onmiddellijk denken aan de muziek van Also Sprach Zarathustra die in A Space Odyysey 2001 voorkomt, waar de muziek ook heel zacht start en dan explodeert en uitdijt in een geweldige finale en een geweldige finish. Het trukje lukte maar één keer, het tweede zetsel was minder, en een latere poging met de 2.5 gram die nog in het zakje zat mislukte ook: gongfu deed het hem hier. Maar wat een thee-ervaring !



Baozhong Oolong, 2018, Mist: Geoogst 15 oktober 2018 op 400m hoogte. Pinglin, Taipei, Taiwan. Goed tot oktober 2020. 42 euro per 100 gram. Doosje van 10 gram. Rijker en langer dan de gewone Baozhong omdat hij zes keer geschud is en daardoor langer en rijker smaakt. Afkomstig van een klein familiebedrijf. Originele proefnota verloren, maar herdronken op 26 april 2021: 5 gram, 80°C, yixing, 100ml, 60 sec: een verrassing, eerst wat zwak doorkomend, maar dan heerlijk open plooiend, vooral retronasaal, een beetje als een rijke gebruinde boter, dik en dieper en dieper uitgroeiend om dan te eindigen op een heel ronde en zeer smakelijke manier, extreem lang en zeer complex en vermolten. Zeer lekker, en een indrukwekkende ervaring. 😊😊😊😊

Momenteel niet langer te koop bij Mist (wel nog heel wat andere Taiwan toppers !)  

zaterdag 8 mei 2021

De mooiste: Yue Guang Bai White Moonlight

In de verschillende stappen bij het thee zetten zijn er verschillende esthetische ervaringen die op ons afkomen, en één daarvan is het uitzicht van de thee in zijn droge staat. Thee is een landbouwproduct dat verkocht moet worden, en daarom experimenteren theebouwers ook graag. Als ze iets vinden dat hen toelaat om aan de thee die ze verbouwen meer geld verdienen dan zullen ze het doen en zal de methode snel worden gekopieerd door anderen. Sommige theesoorten zijn dan ook redelijk jong en worden pas één of twee decennia gemaakt, maar dat mag geen bezwaar zijn: kijk maar eens hoe verscheiden en snel evoluerend de bier-wereld bijvoorbeeld is. 


Naar het schijnt zou deze thee ontstaan zijn na de grote Pu'er bubbel van 2007 toen de prijzen in Yunnan na een korte en enorme piek terug in elkaar zakten en er dus plotseling thee te veel was. Wanneer de meer ondernemende theeboeren begonnen rond te kijken naar andere thee-'modes' kwamen ze terecht bij de steeds populairder wordende witte thee uit Fujian, en ze besloten er een Yunnan-versie van te maken, maar dan met hun eigen cultivar en aangepast aan de andere omstandigheden. 

Het eerste verschil is de cultivar die hier de grootbladige Yangta Da Bai Cha is, een theeplant die afwijkt van de kleinbladige sinensis die gebruikt wordt in Fujian. Hij zit veel dichter bij de Assamica variant die gebruikt wordt voor Pu'Er, maar eigenlijk zou de voorvader vooral Camellia Talensis zijn, een Assamica variant uit de regio die in de jaren 80 door de regering gepromoot werd omdat hij heel goed aangepast was aan de omstandigheden. Eén van de opvallende zaken aan de variant is dat hij reageert op verwelking door aan één zijde zwart te kleuren en omdat hij ook opvallend grote en donzige knoppen maakt ontstaat er een periode waarin de producent een mengeling kan maken van zwarte en bijna witte bladeren indien hij 'donker' verwelkt, 's nachts dus of in afgesloten ruimtes. De droge warme lucht in Yunnan laat geregeld toe om dat verwelken en drogen buiten bij maanlicht te doen, en dit is één van de grote verschillen met de klassieke witte thee die nadien nog gedroogd wordt in een oven. 

Soms worden de blaadjes geperst in cakes, want we blijven hier per slot van rekening in Yunnan, het thuis van de Puer thee's, en het contrast tussen de kleur van de blaadjes kan dan heel mooi zijn, maar deze is een losse thee. Ook hier speelt dat contrast echter heel mooi, en omdat de theeblaadjes nooit gerold werden zijn ze ook volledig, en dat maakt dit een in zijn droge vorm héél mooie thee. Ik dronk hem eerst in London tijdens mijn opleiding tot theesommelier in 2018, maar deze is wat recenter en kwam van Hotsoup.


Imperial White Moonlight Yue Guang Bai, 2020

Bio. Afkomstig uit Nanping in Yunnan, geoogst begin 2020. 47.8 euro voor 100 gram, en dus niet bepaald de goedkoopste, maar dit is een normale prijs voor White Moonlight. 7 mei 2021, 85°C, 3 minuten, 3.5 gram, 200ml, kyusu. Heel mooi droog blad, zwart en wit, heel mooi geschakeerd. Zachte aaridge aroma's voor het natte blad. Heel mooi diepe goudgele kleur voor de infusie, in het tweede zetsel veel meer oranje. Het aroma is fruitig, als een licht parfum voor een jong meisje. Zeer zacht en fluwelig in de mond, met een heel mooie evolutie over zacht fruit naar iets wat meer houtigs (zoals bij de verhoute stengels van sommige kruiden) en iets zoets dat wat doet denken aan sommige Pu'er. Geen spoor van astringentie, een hele leuke thee, goed voor in gezelschap omdat hij mooi en vriendelijk is, een beetje zoals mij dus...  😁. 

Ik kon hem wel waarderen: 😊😊😊😊. Te koop bij Hotsoup: https://www.hotsoup.nl/nl/imperial-white-moonlight-yue-guang-bai-bio.html 



vrijdag 16 april 2021

Theeroutes. Met thee (en Deirdre) de wereld rond

Ze zeggen altijd dat er twee types van mensen zijn die reisverhalen lezen: reizigers die een reis voorbereiden of inspiratie zoeken... en lezers van reisverhalen tout court. Ik behoor tot de tweede groep. En dat wil dus zeggen dat een boek met theeroutes naast nuttige informatie er ook mooi moet uitzien en een goed geschreven tekst moet hebben. 

En dat is (gelukkig maar) het geval voor dit erg mooie en interessante boek van twee Nederlandse dames: Deirdre Deprettere en Karlijn Dapper. Het bezoekt 13 theeregio's en door interviews, foto's en wat leuke wetenswaardigheden geeft het er een goeie eerste indruk van. In een wereld van lockdown en quarantaines doet het echt wel dromen, en ja hoor, er staan zelfs theetuinen in Schotland in (mijn favo bestemming !). Het is een mooi vormgegeven boek dat zin doet krijgen in reizen... en thee. 

Ik kocht mijn exemplaar bij Hotsoup, uiteraard samen met wat thee, en als je wil drinken wat je leest koop dan wat thee uit Malawi of Iran. En als je graag zwarte thee drinkt, koop dan gelijk die ongelooflijke Black Benifuki, de thee die klinkt en smaakt als een superheld !

 

vrijdag 2 april 2021

Training, training, training ! Diving into Pu'Erh

Training, training, training ! I stil hear my first (big) boss stating it during one of my very first corporate big meetings, when I was still a rookie, and just started as a junior salesman with Canon. I left the company a long time ago, but I still hear the words, and I still walk the talk. 

So, when I started getting serious about tea, the first thing I did was follow a very unpretentious but good introduction into tea, and, when seriously bitten and smitten, went into the ITMA training course for Tea Sommelier. I finished that in 2020 with a discourse on Wakoucha (I still love that tea), but also with a deep understanding that tea is a topic so vast that learning never stops, and I regularly try to follow online trainings about tea subjects that interest me. 

ready and waiting (still have to add the laptop though)

Very recently I heard about a training on Pu'erh by Olivier Schneider, one of the world's top specialists in this for me still mysterious tea (check out http://puerh.fr/). As I always felt that a lack of knowledge made it difficult for me to really enjoy fermented Chinese teas, this was the moment. And here I am, ready to start...feeling like a walker who stands in the valley, and sees the path he is going to follow disappear amongs the hillside trees. I don't know where it will bring me, and I don't know where it will end, but often the path itself is the most important. 

So, with burning curiosity, I wait for my Master...

vrijdag 26 maart 2021

Rachel Carson: Silent Spring, of hoe bio begon

We zijn vandaag gewoon geworden om de keuze te krijgen tussen bio of niet-bio, en ik denkt dat 80% van de thee's die ik in huis heb op de één of de andere manier verwijzen naar hun organische teeltwijze. Ooit was dat anders. Ik wil het hier dan ook even hebben over twee pioniers: Rachel Carson, wiens boek Silent Spring in 1962 de aanzet was tot een steeds grotere bewustwording en de start van een bio-vloedgolf, en Toshiaki Kinezuka, één van de eerste theeboeren in Japan die na het lezen van Rachel's boek besloot een ommezwaai te maken. In deze blog hebben we het eerst over het boek. 


Rachel Carson werd geboren in 1907 op een kleine boerderij in Pennsylvania en werd van jongs af aan gestimuleerd door haar moeder om de natuur te bestuderen. De familie, die arm was, moest haar beste servies verkopen om Rachel te laten studeren, maar in 1927 besloot ze zich te richten op de studie van de natuur, en vooral de zee, en studeerde ze af als zoutwater-biologe. Haar doctoraat werd onderbroken door de Grote Depressie en de vroege dood van haar vader waardoor ze de kostwinner werd van het gezin en deeltijds werk vond bij het U.S. Bureau of Fisheries. Daar moest ze mee helpen bij data-analyse, maar ze kreeg ook de taak om zeven radio-uitzendingen te maken om het grote publiek meer interesse te doen krijgen in het werk van het Bureau. Haar baas was zo onder de indruk van haar capaciteiten als biologe én schrijver dat hij haar in vaste dienst nam en haar naast haar andere werk vroeg om te blijven schrijven over de natuur in en rond de zee. 

In 1941 publiceerde ze Under the Sea Wind waarin ze door vogels en vissen te anthropomorphiseren ook het grotere publiek geïnteresseerd wou krijgen. De uitbraak van de Tweede Wereldoorlog maakte dat het boek geen succes werd (maar wel heel goeie kritieken kreeg). In 1951 publiceerde ze The Sea Around Us, en dat boek werd wél een succes. Haar carrière als schrijfster was gelanceerd en liet haar al snel toe om zich daarop te concentreren. In de loop van de jaren 50 werd ze zich bewust van de verwoestende effecten van DDT en andere pesticides op de natuur, omdat mensen haar schreven vanuit de hele wereld en ze ook zelf de vernietigende effecten kon vaststellen. 

Silent Spring werd gepubliceerd in 1962 en beschreef een natuur waarin er een lente zou komen wanneer er geen vogels meer waren om het nieuwe seizoen aan te kondigen, en de natuur dood zou zijn en de wereld stil. In het boek haalde ze voorbeelden aan zoals de campagne om de Iepenziekte te bestrijden door het doden van de kever die de ziekte verspreidde. Al snel begonnen mensen te merken dat ook alle andere kleine leven zoals eekhoorns en vogels ziek werd en stierf zodat behandelde gebieden bezaaid waren met dode dieren. Pas later merkte men dat ook de mens zelf ziek werd en kanker kreeg, en dat door onze plaats in de voedselketen wij uiteindelijk ook zelf stierven. 


Het boek was een ongelooflijk succes en veranderde de houding van de wereld tegenover insecticides, daarvoor nog gezien als een wondermiddel in de landbouw die na de Wereldoorlog vooral mikte op kwantiteit. Rachel Carson zelf stierf in 1964 aan borstkanker, na een reeks zware aanvallen op haar persoonlijkheid door vertegenwoordigers van de chemische industrie waarin ze niet alleen werd aangepakt omwille van haar werk maar ook omdat ze een vrouw was en haar stem verhief. Tegen dan waren er al een miljoen stuks van haar boek verkocht, en sommigen vergelijken de impact ervan met die van De Hut van Oom Tom op de rassenstrijd. Het is één van die boeken die de wereld veranderde. 


We vergeten soms dat de grootste slachtoffers van pesticides vaak de boeren waren die ze gebruikten. Ze werden zowel door de overheid als de industrie aangemoedigd om ze te gebruiken en toen ze begonnen te merken wat ze deden met de wezens hoger in de voedselketen was het vaak al te laat: hun velden waren gewend aan de helse cirkel van herbicides, pesticides en kunstmest en ermee stoppen was moeilijker dan ermee beginnen. Toen hun eigen familieleden en zijzelf ziek werden begonnen enkelen onder hen zich vragen te stellen, en het boek van Rachel Carson werd ook door boeren van de nieuwe generatie gelezen. Het was de prille geboorte van de biologische landbouw die even genadeloos werd aangevallen door de politiek en de industrie als Rachel zelf, maar ook hier waren er pioniers die ermee begonnen, vooral in de jaren 70. Dat gebeurde in bijna alle takken van de landbouw, en dus ook bij theeboeren, en vooral in Japan. Maar daar gaat een volgende blog over.

PS Ik draag dit stukje op aan mijn grootvader, Octaaf De keersmaecker, die in de jaren 70 stierf aan een paar verschillende kankers en die een succesvolle boer was in Oppuurs....en die net als alle andere boeren chemische bestrijdingsmiddelen moest gebruiken. 

 Bibliografie:

RACHEL CARSON, Silent Spring., 1962

RACHEL CARSON, Under the Sea Wind., 1941. Eén van de allereerste boeken over de natuur die echt aanspraken. 

RACHEL CARSON, The Sea Around Us., 1951. De bestseller die het allemaal deed beginnen.

PATRIK SVENSSON, The Gospel of the Eels., 2019. Heel leuk boek over de paling...met een hoofdstukje over Rachel Carson, en wanneer boeken boeken aanbevelen moet een lezer goed luisteren. 

vrijdag 19 maart 2021

Gyokuro geproefd

Tijdens het schrijven van de vorige drie blogs moest er uiteraard ook geproefd worden, en samen met die shiboridashi waren er ook gyokuro's meegekomen...


Gyokuro from Uji, Kyo-Tanabe "Yoneta", Goko cultivar, 2020, Thés du Japon



Handgeplukt op 13 mei 2020. Theetuin in Inooko, Kyo -Tanabe, in Kyoto. Kyo-Tanabe is binnen Uji waarschijnlijk de top-regio voor gyokuro. Gemaakt door mijnheer Yoneta. 30.18 euro per 50 gram (pre-taks). Afkomstig van ongesnoeide struiken in een 'shizen-shitate' tuin waarvan de onregelmatigheid mechanisch oogsten onmogelijk maakt. De cultivar is Goko, ontdekt in 1954, en breed aangeplant in de regio omdat hij sterk reageert op beschaduwing. 27 dagen beschaduwd.  

20 februari 2021, in een shiboridashi, 30 ml, 5 gram, 120 sec, 50°C: heel rijk en dik, zeer lang en extreem krachtig, in de nasmaak toetsen van witte bonen. Zeer veel umami, bijna een dikke bouillon. Tweede zetsel, 50ml, 60°C: een heel dikke en zachte thee met nog altijd veel impact en een erg lange afdronk. Er zit een heel mooie bittere toets tegen het einde aan, en de afdronk is zoet. Derde zetsel, 60°C, 90 sec: zoet en zacht, en nog altijd met die leuke bittere toets erdoor geweven. Deed nu denken aan dik en pas gemaaid lente-grad, veel vegetaler. 😊😊😊😊


Gyokuro from Uji, Kyo-Tanabe "Dejima", Goko cultivar, 2020, Thés du Japon:



28.59 euro voor 50 gram (pre-taksen). Theetuin in Inooka, Kyo-Tanabe, Kyoto. Gemaakt door mijnheer Dejima. Handgeplukt op 20 mei 2020, uit een ongesnoeide 'shizen-shitate' theetuin. 38 dagen beschaduwd.

21 februari 2021, 50ml, shiboridashi, 55°C, 120 seconden. Erg sterk, heel dik, veel umami, heel breed uitwaaierend in de mond, met een sterke indruk achter op de tong. Heerlijk en erg complex, en zeer smakelijk. Tweede zetsel: nog altijd erg veel umami, sterk richting bouillon, zeker in de geur. Zeer lekker maar wat eenvoudiger dan die van mr Yoneta ? Iets grassiger al in de afdronk. Derde zetsel, 65°C: evolutie richting spinazie, dunner nu maar met een mooie duidelijke smaak, heel recht. Erg lekker met een mooie astringentie. 😊😊😊(😊)


Gyokuro from Uji-Tawara "Shimooka" Goko cultivar, 2020, Thés du Japon:



Met de hand geplukt op 23 mei 2020 in Tachikawa, Uji-Tawara, Tsuzuki district, Kyoto. Mr Shimooka is één van de top gyokura makers van Kyoto. 45 dagen beschaduwing. Ongesnoeide 'shizen-shitate' tuin. 21.18 euro per 50 gram (pre-taks). 

27 februari 2021, 50ml, 55°C, 100 sec, 5 gram, in een shiboridashi. Stevige gyokuro maar met een heel aangename umami die doet denken aan een bouillon, maar dan een minder sterke dan die van Mr Yoneeta, met ook wat fruitigere toetsen. Zeer mondvullend en met een lang en erg mooi bittertje. Knappe afdronk. Tweede zetsel was wat vegetaler maar erg lekker en zeer zacht. Heel fluwelige en ingetogen gyokuro met een zeer mooie spanningsboog en een heel mooi bitter toetsje. 😊😊😊😊


Gyokuro from Uji, Kyo-Tanabe 'Yamashita' Kyo-midori cultivar, 2020, Thés du Japon:



Met de hand geplukt op 16 mei 2020. Fugenji gebied in Kyo-Tanabe, Kyoto. 39.12 euro voor 30 (!) gram, pre-taks, en dus de duurste van het groepje. Gemaakt door Yamashita Shinki, de kleinzoon van Yamashita Toshikazu, het hoofd van de Yamashita Shinjuen theetuin. De tuin is 'shizen-shitate' ongesnoeid. Tent-beschaduwing op drie niveaus, 36 dagen. Met de hand gerold en bewerkt in kleine partijen van 25 kg geoogste thee, telkens resulterend in 5 kg eindproduct. Gemaakt van de zeldzame kyo-midori cultivar die vandaag op de meeste plaatsen vervangen is door andere cultivars. 

5 gram, 50ml, in de shiboridashi, 120 sec, 50°C. Heel mooi aroma. De eerste slok is een schok zoals het hoort te zijn, met heel intense smaken van bouillon, umami, en is erg rond en zoet. Heel dikke consistentie, heel mondbedekkend, extreem lang. Ondanks de echt indrukwekkende impact toch oo elegant en complex. Tweede zetsel: heel complex en fijn, en nog steeds met een superlange afdronk. Derde zetsel, met 10°C erbij: heel complex, meer vegetale tonen, maar fijn en erg apart achteraan. Nog altijd een prachtige afdronk. 😊😊😊😊(😊)


Gyokuro from Uji, Kyo-Tanabe, 'Yoneta', Uji-hikari cultivar, 2020, Thés du Japon:



Geplukt op 9 mei 2020, met de hand, in een ongesnoeide 'shizen-shitate' theetuin in het Inooka gebied. Mr Yoneta (zie ook hierboven). Uji-hikari cultivar, in 1954 ontdekt in een zairai aanplant en sindsdien heel populair in Uji.

6 maart 2021, 5 gram, in een shiboridashi, 50ml, 55°C, 120 sec. De heel dikke infusie heeft een héél speciale en erg lange finish, en in de afdronk zit citrus. Veel umami, maar heeft ook iets romigs. Zeer intens en complex. Tweede zetsel, iets vegetaler achterin, zeer mooi klein bittertje. Derde zetsel, iets heter: zeer lekker, bijna mijn favoriet hier. Bessen, en veel sterker dan in het eerste of tweede zetsel. Erg mooie afdronk, en ook hier die bessen. Héél speciaal. 😊😊😊😊 


Uji-tawara Organic Gyokuro, Nagatani Soen, 2020, The Tea Crane:



Geoogst in de lente van 2020. Bio. Nagatani Soen boerderij. 44 euro voor 100 gram, pre-taks. Goko en Uji-Midori cultivars. 

14 maart 2021, 5 gram, 60°C, in een shiboridashi, 50ml, 120 seconden. Opmerkelijk complex droog aroma. Bijzondere smaak, net als een kruidenmedicijn, een door een oliefilm omwikkeld bittertje, heel complex en heel bijzonder. Tweede zetsel: die kruidigheid is echt opmerkelijk, heel complex, maar ook toch wel stevig bitter. Zeer lang, en ook die complexiteit hield lang aan, maar het is echt alsof je in een handvol verse kruiden bijt en er dan op blijft kauwen. Ook bij een derde zetsel aan 70°C blijft die kruidigheid hangen, het lijkt wel een kruidenpastille. Opmerkelijk en niet voor beginners. 😊😊😊


Hiermee sluit ik mijn gyokuro reeks af. Thee kan een echt avontuur zijn, en gyokuro is eigenlijk echt uniek. Een heel aardig neveneffect is trouwens de gemoedsgesteldheid die je ontwikkelt: de combinatie van het effect van die kleine shotjes caffeïne en het nogal rituele zetten, brengt een heel bijzondere heldere vorm van concentratie met zich mee. Thés du Japon noemt het de espresso van de Japanse groene thee, maar het effect blijft veel langer hangen.  

Ik kan geloven dat je gyokuro kan gebruiken om te mediteren, maar ook om geconcentreerd te werken is dit een goed hulpmiddel. Je kan lang 'in the zone' blijven als je je sessie wat voorbereid. Ook leuk om met een (1 !) vriend te doen omdat het zo persoonlijk is, maar je zal wat moeten spelen met de hoeveelheden om dezelfde concentratie te krijgen en toch genoeg thee te hebben, zeker bij het eerste zetsel. Deze tijd van het jaar is trouwens ideaal: de gyokuro van 2020 is nu top, gyokuro moet wat rijpen, en de shincha van 2021 is er nog niet (en je drinkt hem ook beter niet té jong).  

Bija alle thee kwam hier van de magische website van Thés du Japon, en eentje van The Tea Crane