Pagina's

vrijdag 23 februari 2018

Mok-verhalen: H.R.H. the Prince Regent Awakening the Spirit of Brighton

Ik heb deze al een hele tijd, en in koffie- en/of thee-drinkend gezelschap bij mij thuis was dit lang mijn vaste kop, tot wanhoop van de vrouwen in mijn huis. Ter verdediging zei ik altijd dat hij op mij leek en zij op haar, maar dat hielp niet echt...







Hieronder zie je de volledige afbeelding:



Het schilderij werd in 1944 gemaakt door Rex Whistler, één van de groep talentvolle tussenoorlogse artiesten die in Engeland de Bright Young Things werden genoemd. Hij maakte verschillende erg mooie schilderijen waaronder de grote muurschildering in de Tate Gallery in Millbank en een heel mooi zelfportret. Hij sneuvelde in 1944 in Normandië door een inslaande mortiergranaat en ligt begraven in Calvados.

Op de tas staat de Prince Regent die de geest van Brighton wakker maakt. Brighton heette vroeger Shelmerstone, een ingeslapen vissersdorpje, tot George er neerstreek, introk bij zijn maîtresse en zijn feestende vrienden begon uit te nodigen. Het was de geboorte van het kusttoerisme zoals we dat vandaag nog altijd kennen. George was een figuur larger than life, die de periode tussen Mad King Goerge III en de preutse Victoria vertegenwoordigde. Een groot deel van zijn leven bracht hij gefrustreerd door, popelend om de troon over te nemen van zijn vader die gebukt ging onder langdurige aanvallen van krankzinnigheid, en hij verwerkte zijn frustraties door de ster van de Londonse uitgaanswereld te worden, onofficieel te huwen met zijn maîtresse (moest hij later op terug komen), en over de hele lijn te fungeren als enfant terrible, de spreekwoordelijke olifant in een hele grote porseleinkast. Op het einde van zijn leven, toen hij als George IV eindelijk koning was, verbleef hij veel in Brighton, zo zwaarlijvig dat hij van ruimte naar ruimte gerold werd in een kruising tussen een rolstoel en een kruiwagen.

By his bulk and by his size,
By his oily qualities,
This (or else my Eyesight fails)
This should be the Prince of Whales

Charles Lamb, The Triumph of the Whale


Detail of a portrait of the Prince Regent by Sir Thomas Lawrence, 1815.
National Portrait Gallery, London.



Ik kocht de tas lang geleden na een bezoek aan het Royal Pavillion in Brighton, een overweldigend paleis in oosterse stijl dat Prinny (voor de vrienden), liet bouwen en dat dat absoluut de moeite is om te bezoeken. Net als Brighton zelf trouwens dat in Engeland een very naughty reputation heeft als kuststadje, in tegenstelling tot de andere op deze kust waar bejaarden naar toe gaan om naar de zee te staren en te sterven. Brighton is levendig, een beetje dirty and frivolous, en een heel leuke stad om een keertje uit de bol te gaan. Het was heel lang de plaats waar Engelse heren die het eigen geslacht het meest beminden elkaar konden vinden en waar de herenliefde in het naoorlogse Britain min of meer getolereerd werd. Ook voor anderen zijn de seaside en de magnifieke pier héél leuk. De pier is een topper voor kinderen met haar soms ouderwetse en soms heel moderne attracties. Een roetsjbaan in zee heeft wel iets...

foto Erik De keersmaecker


foto Erik De keersmaecker

zaterdag 17 februari 2018

Ontmoetingen met een thee: Caravanes Russes

Caravanes Russes: Wie al eens rondkijkt in een Franse theewinkel kent deze thee wel. Meestal blijkt het dan te gaan om een licht rokerige blend van zwarte thee's en lapsang souchong. De bedoeling is om zo de thee na te bootsen die vroeger per karavaan van van China naar Rusland werd getransporteerd. Deze thee's werden onderweg blootgesteld aan extreme geuren en temperaturen en kregen zo een heel speciale smaak. In de winter trokken de karavanen over bergketens in temperaturen ver onder 0°C en werd hij op kamelen geladen. 's Nachts werden de pakken afgeladen en in een cirkel rond de vuren geplaatst om de thee niet nat te laten worden en hem te beschermen tegen rovers. De geur van de dieren en het brandende hout zou deels in de thee trekken en een uniek geurpatroon voortbrengen, en de meeste Caravanes Russes proberen dit na te bootsen. De thee is overigens ook in Engeland en Amerika te krijgen, maar dan onder de naam Russian Caravan. Er is nooit een vaste formule en elke theehandelaar mag een beetje doen wat hij wil, maar er zitten heel aardige exemplaren tussen. Het is overigens een echte Europese blend, en Chinezen houden er niet van. 

Ooit waren er twee route's waarlangs thee naar het Westen ging: eentje via de zee, beheerst door de Engelsen, en eentje over land, beheerst door de Russen. Rusland heeft een enorm lange grens met China. Dat leidde vroeger tot veel oorlogen en grensconflicten, maar uiteraard ook tot veel uitwisseling van ideeën en goederen.  

De eerste Russen die ooit thee proefden waren twee kozakken, Vasili Tumenets en Ivan Petrov, in 1616 uitgestuurd door de tsaar naar de Altin Khan, een Mongoolse prins. In hun verslag vermelden ze dat ze aan het hof van de Khan een drank kregen die bestond uit gekookte melk en gesmolten boter, en de blaadjes van een hen onbekende plant. Twee jaar later bereikte een andere kozak Beijing waar de Chinese keizer hem een brief gaf die een handelsrelatie aanbood. Helaas kon niemand in Rusland hem lezen omdat hij in het Chinees was... Ook een eerste officiële missie van de Russen naar China eindigde in een fiasco omdat de Russische gezant, Fedor Baikov, weigerde om te kowtow'en voor de keizer en het ceremoniële aanbod van een tas thee, eveneens bereid met melk en boter, afsloeg, een grove belediging. Nog eens vier jaar later had een tweede missie tien puds thee ontvangen om aan de tsaar te geven maar de gezanten verkochten de thee in Beijing en kochten met de opbrengst juwelen waarvan ze verwachtten dat die meer in de smaak zouden vallen. Tegen 1674 was thee echter ingeburgerd in Moskou waar het de reputatie had om 'dronkenschap te vermijden als je het dronk voor het drinken, en goed was tegen de kater als je het dronk na het drinken'. Tegen 1727 ontstond er in Khyakhta, op de Chinees-Russische grens, een handelsnederzetting die ondermeer diende als markt voor de opkomende theehandel.

http://www.vintage-views.com/RussianPictures/images/0124k5-plate2.jpg

De thee bereikte Khyakhta door karavaans die in de zomer bestonden uit honderden ossenkarren, maar in de strenge winters moesten dus kamelen gebruikt worden. Daarvoor zorgden twee Mongoolse stammen en zo'n karavaan kon klein zijn, vanaf 20 kamelen, maar de grootste telden tot 1000 lastdieren. Ze hadden niet alleen thee mee maar ook zijde, porselein, tabak, edelmetalen en vooral gedroogde Chinese rabarber, een laxatief medicijn dat heel populair was in Europa. De Russen ruilden ze voor pelsen en huiden. Wanneer een karavaan verwacht werd trokken de Russische handelaars en naar de dichtstbijzijnde hoogte zodat ze met verrekijkers het aantal kamelen konden schatten. Dat gaf hen een dag of vier om onderling af te spreken en hun prijzen te bepalen. 

Vanuit Kyakhta vertrok de thee met schepen (in de winter met karren en sleeën) naar Nizhny Novgorod waar de grote markt was waar de Russische handelaren hun thee kwamen kopen. In 1862 kregen ze concurrentie van de Engelsen die hun goedkopere thee, "Canton thee" via de zee naar London en dan naar Novgorod brachten, maar deze thee was zwarter en heviger gebrand om tegen de zeereis te kunnen en veel Russen bleven de weliswaar duurdere Russian Caravan thee prefereren. Tegen 1903 was de Transsiberische spoorlijn klaar en kon thee via de trein van Beijing naar Moskou reizen, en dit was het einde van de thee-karavaan's. 

De traditionele blend bestaat uit keemun, oolong en lapsang souchong rookthee, alhoewel je ook ongerookte varianten vind. Hier ligt ook het verschil met een lapsang souchong, deze thee is bijna altijd een blend van wat lichtere theesoorten van kwaliteit, terwijl een pure lapsang souchong een tamelijk groffe gerookte thee is die gemaakt werd voor de Nederlanders. De Caravanes Russes naam is echter niet beschermd zodat de uiteindelijke blend afhangt van de handelaar.

De mijne kwam van een theehuis in Metz dat absoluut de moeite is wanneer je in die stad moet zijn, Gourdon Négoce du Thé, pas omgedoopt tot thé minuscule www.gourdon.biz.


                        Droog: donker geoxideerde blaadjes in de meerderheid                   Mooie kleur infusie, licht rokerig

De neus is licht rokerig maar niet overdreven, alhoewel ik toegeef dat je hier een beetje voor moet zijn. In de mond is dit wat ze noemen een comforting cup of tea, rokerig maar ook vlezig, eerder licht gestructureerd. Onder de rooksmaak ligt een leuke, licht fruitige basis, die je vooral merkt als je slurpt. De afdronk is lang.
Nog over de karavanen: de gebruikte kamelen waren altijd mannelijk en gecastreerd. Voor het drinken van de thee vallen deze restricties weg, maar het zijn eerder mannen die hem lekker vinden. Wie overigens caravanes russes googelt op afbeeldingen krijgt soms een eerder verrassend maar eveneens niet onlogisch resultaat. 

vrijdag 9 februari 2018

For All the Tea in China



Iedereen die én houdt van thee èn geschiedenis kan zichzelf een groot plezier doen door zich dit boek aan te schaffen, ook al is het in het Engels. Sarah Rose, een in New York wonende Amerikaanse schrijfster, schreef een vlot lezend boek over Robert Fortune, een Victoriaanse plant hunter en zijn avonturen in China en draait daar handig heel wat thee-weetjes door. Het leest soms bijna als een roman, en de schrijfster sleept je mee in het verhaal hoe de East India Company het Chinese thee-monopolie probeerde te breken.

Het begon allemaal in 1842 toen China en Groot-Britannië vrede sloten en Robert Fortune door de Royal Horticultural Society naar China gestuurd werd om er planten te verzamelen, de eerste Engelsman die van het Foreign Office de toelating kreeg om het land in te trekken. De bedoeling was dubbel: wetenschappelijk, om de duizenden onbekende planten van China te ontdekken en catalogiseren, maar ook economisch, om er de mogelijke waarde als product van te ontdekken. De expeditie, waarin Fortune zich voor de eerste keer succesvol als Chinees vermomde, was succesvol, en zijn boek Three Years' Wanderings in the Northern Provinces of China een bestseller.

Op 12 januari 1848 verdeelde een klerk van de East India Company de inhoud van een kist thee over kleine zakjes die naar de grote Londense theehandelaren werden opgestuurd om te testen. Deze thee kwam echter niet uit China maar uit Indië, en voor de Company was hij van levensbelang nu ze haar thee-monopolie in de handel met China was kwijtgeraakt en de Chinezen steeds hogere prijzen vroegen. De reactie was goed, en ze bewees dat thee kon groeien en geoogst en bewerkt kon worden in de Himalaya, maar er ontbrak iets: geen enkele thee kon qua aroma en fruitigheid wedijveren met de Chinezen. De Indische theeplant was immers de Camilla sinensis var. assamica, een minder mooi geurende en smakende variant. Dan was de oplossing toch simpel: verhuis Chinese planten naar de Himalaya en klaar is kees...

Eerst probeerde men dit door zaaigoed en zelfs stekjes te kopen in de Chinese havens maar de kwaliteit bleek abominabel.  Er was dus een andere methode nodig. En daar kwam op 7 mei 1848 Dr John Forbes Royle in naam van de East India Company over spreken met Fortune, nu de directeur van de Chelsea Physic Garden. Een week later kreeg Fortune een voorstel, en vier maanden later was hij in Shanghai, klaar om China in te trekken. Tegen oktober was hij in Zhejiang, tegen november in Anhui, en verzamelde hij zorgvuldig zaden en stekjes om ze op te sturen naar Indië...

Waar ze zo beschadigd arriveerden dat alles nutteloos bleek. In mei en juni 1849 trok Fortune dus terug China in, opnieuw vermomd als rijke Chinese mandarijn. Deze keer trok hij naar Bohea en het startpunt van de Great Tea Road, het thuis van de beste Chinese zwarte thee, en ondermeer naar de plaats waar de legendarische Da Hong Pao, Big Red Robe, werd geteeld en gemaakt. Hij kocht er honderden stekjes en zaden, en deze keer overleefden ze wel de reis naar Indië. Volgens Fortune kwamen er 12.800 heelhuids aan, en in Darjeeling vind je vandaag nog planten en hun directe afstammelingen, jat genaamd, en ze zijn de basis voor de reputatie van thee uit Darjeeling. Al snel vertrok een stroom van Indische thee via de schepen van de East India Company naar Engeland, en het fortuin van de Company was opnieuw veilig.

Het boek leest als een mengeling van een grote avonturenroman en een historisch werk. Het legt uit wat thee is, en wat thee betekende in 19de eeuws Engeland, maar ook in 19de eeuws China. Het leest als een trein en zit boordevol informatie over de East India Company. Het Engels is niet te moeilijk om te volgen, er zijn behoorlijk spannende passages en het is heel informatief. Zo zelfs dat het ook voor niet thee-fanaten erg leesbaar en leuk is. Voor theefanaten is het echter een toppertje.

zaterdag 3 februari 2018

Wat is dat ? Oolong thee

Voor al wie als theeliefhebber nét iets verder wil gaan op het pad van theekennis zijn er twee wat aparte paden die je kan kiezen: het donkere en gevaarlijke van Pu'Er of het geheimzinnige en opwindende van oolong. Beide kunnen leiden tot buitensporige financiële excessen en er is kennis en vooral een betrouwbare leverancier voor nodig, maar het zijn fascinerende facetten van de grote thee-diamant.

Hier gaan we het hebben over oolong. Wat is dat eigenlijk ? Wel, oolong of wulong is een thee die het midden houdt tussen een groene en een zwarte thee. We spreken hier dus van oxidatie (en niet van fermentatie) in alle gradaties tussen 0 % (groene thee)  en 100 % (zwarte thee). Bij een oolong ligt dat meestal tussen de 10 en 75%. De naam betekent Zwarte Draak en hij wordt vooral gemaakt in de provincie Fujian en op het eiland Taiwan, waar 50% van de wereldproductie vandaan komt.

Het maken van oolong is moeilijk en vereist een goede beheersing van de techniek en complete concentratie op het proces. Men begint met de versgeplukte theeblaadjes een uurtje te laten verflensen in een niet al te felle zon (de thee mag onder geen beding verbranden) waardoor een eerste beperkte oxidatie begint. Daarna gaan de blaadjes naar binnen en worden ze uitgespreid op matten of in een trog om verder te verflenzen. Na een uurtje of acht komen de typerende florale aroma's vrij wat betekent dat de thee klaar is voor de volgende stap. Dan worden de blaadjes in een grote rieten mand gedaan die rond wordt gedraaid waardoor de uiteinden van de blaadjes gekneusd worden en beginnen te oxideren, terwijl het midden van het blaadje min of meer ongeschonden blijft en dit bepaald de mate van oxidatie. Daarna worden ze op lage temperaturen geroosterd om het oxidatieproces te fixeren en het vochtpeil te verlagen, worden ze samengedrukt, vaak in een bol (bij ball oolongs) en dan opnieuw geroosterd. Dit proces wordt zo veel maal herhaald als het nodig is. Soms gaan ze later nog eens een oven in, wat ze zachter maakt. De duurtijd van de oxidatie bepaalt het uitzicht en dat kan gaan van groene blaadjes met een bruin randje tot bijna zwarte blaadjes.

De smaak wordt echter ook bepaald door het terroir en de hoogte waarop de theetuin lag. Berg-oolongs als Li Shan en Ali Shan komen meestal van tuinen boven de 1000 m boven de zeespiegel, en een Da Hong Pao heeft in zich de smaken van het water dat via het hoger gelegen rotsgesteente naar beneden loopt.

De naamgeving is ingewikkeld en geeft vooral een aanwijzing, maar er is weinig controle. Hier zijn er enkele van de meer algemene.

Jade oolong: licht geoxideerd
Champagne oolong: sterk geoxideerd
Amber oolong: populair voor na de maaltijd, en na het drogen gebakken in een oven wat hem zachter maakt
Milk oolong: sommige oolong's krijgen een aroma van volle melk, een geheel natuurlijk maar zeldzaam proces dat vaak wordt nagebootst om eenzelfde effect te krijgen; deze zijn zacht en vooral romig
Aged oolong: sommige kan je laten liggen, als een goede wijn, en ze worden zachter en complexer (en kunnen zéér duur worden)
Bao Zhong: licht geoxideerde (vaak rond de 10%) oolong, ook bekend als Pouchong
Oriental Beauty: zwaarder geoxideerde oolong
Phoenix oolongs: oolong uit FengHuang, top !

De complexiteit en het karakter van oolong kan enorm uiteenlopen, en de studie van oolong kan even intens en interessant zijn als die van rode wijn. Sommige van de duurste thee's ter wereld zijn oolong's, en er bestaan oolong's die gemaakt zijn met de blaadjes van één theeboom. Het zijn thee's voor echte liefhebbers die genoeg ervaring hebben en genoeg interesse om de duizelingwekkende variatie op het thema te appreciëren, maar ze kunnen heel onverwachte smaken opleveren met grote culinaire mogelijkheden voor food-pairing.


In de foto hierboven kan je drie gradaties zien. De bovenste is een maar 10% geoxideerde Bao Zhong of Pouchong waar je de groene tint van de blaadjes nog kan zien. De middenste is een Iron Goddess of Mercy en ligt tussen de twee in. De onderste, Big Red Robe, is stevig geoxideerd en bijna zwart.